Het meetinstrument bestaat uit een rechthoekig vlak en enkele verschuifbare meetlatjes. Dit precisie-instrument werd waarschijnlijk gebruikt om de wielflenzen van het rollend materieel nauwkeurig te meten. Voor de rustige loop van een trein wordt de conische vorm van de wielflenzen regelmatig gecontroleerd. Na een beschadiging of bij slijtage gaan de wielstellen naar een 'kuilwielenbank' waar een klein laagje van de flens verwijderd of 'afgedraaid' wordt.