Het meetinstrument bestaat uit een metalen plaat die langs een zijde volledig blauw geverfd is en langs de andere zijde drie keer een maat van -5 tot 15 heeft (in zwart/wit). De plaat is bevestigd op een staander met draaihendel. Vermoedelijk gaat het om een precisie-instrument dat gebruikt werd bij het nazicht van een spoorlijn. Het diende om de vervorming van een spoorstaaf ten gevolge van bijvoorbeeld extreme hitte vast te stellen.